Skip to main content

Wethouder Annemieke Messelink: “Iets te kunnen betekenen voor je stad”

16 december 2022
Kees Bakker

In een serie radio-interviews en artikelen stellen de nieuwe wethouders in Lelystad zich de komende tijd voor. Want op 6 juli is de nieuwe ploeg dan weliswaar geïnstalleerd, maar wie zij zijn en wat ze doen zal niet iedere Lelystedeling scherp op het netvlies staan. Annemieke Messelink is de laatste van de vijf wethouders in deze reeks.

Van het midden naar het midden

“Ik woon sinds 2007 in Lelystad. Daarvoor woonde ik in het midden van het land, in Amersfoort. Ik heb nog nooit ergens zo lang gewoond in mijn leven als in Lelystad. Ik ben getrouwd en heb drie kinderen, waarvan er twee inmiddels uit huis zijn.” Maar Lelystad is toch ook het midden van het land? “Zeker voor ons. Hiervoor werkte ik op de Hogeschool in Leeuwarden en mijn man werkt in Woerden. Dus dan ligt Lelystad daar precies tussenin.”

“Ik heb rechten gestudeerd en later psychologie erbij. Ik ben ooit begonnen met werken bij de gemeente IJsselstein en daarna bij Vluchtelingenwerk. In Lelystad heb ik een tijd gewerkt als huiswerkbegeleider en daarna werd ik begeleider ‘Sociale wetenschappen’ op de Hogeschool Leeuwarden. Ik was daar betrokken bij vier opleidingen in het sociaal domein. Mensen opleiden die gaan werken met mensen die een steuntje in de rug nodig hebben, dat was echt geweldig. In 2019 ben ook begonnen als raadslid voor de ChristenUnie in Lelystad.”

Laat in proces

Wat heeft haar er toe doen besluiten wethouder te worden? “Dat besluit viel pas vrij laat in het hele proces van het raadsakkoord. Kijk, ik ben in 2019 begonnen als raadslid en vlak daarna brak corona uit. Het vergaderen was dus veelal digitaal. Vervolgens kom je in het proces naar de verkiezingen toe, met het samenstellen van de kandidatenlijst. En voor de verkiezingen werden er al verkenningen gedaan voor een raadsakkoord. Tot die tijd had ik nooit stilgestaan bij een wethouderschap.”

“Na de verkiezingen zijn we als gemeenteraad heel intensief met elkaar opgetrokken. Twee keer per week waren er overleggen over dat raadsakkoord. Ik proefde steeds meer de sfeer van samenwerking: hoe kunnen we hier samen uitkomen, hoe kunnen we samen het beste doen voor de stad? In die sfeer leek het me heel mooi om op het gebied van dat sociale domein iets te kunnen betekenen voor je stad.” Het was geen makkelijke beslissing. “Ik vond het erg jammer Leeuwarden los te moeten laten, want ik werkte daar met een geweldig team. Maar dit was ook een te mooie kans om te laten gaan.”

Uitdagingen

Welke uitdagingen ziet zij in haar portefeuille? “Nou, ten eerste het armoedebeleid. Dat is natuurlijk een uitdaging voor heel Nederland, met de stijgende inflatie en energieprijzen. Maar de armoede was er al, is alleen nog actueler geworden. Het is een erg grote uitdaging, maar we doen al heel veel en zoeken ook naar alle mogelijkheden om extra stappen te kunnen zetten. Want je hoort het overal: mensen in de AOW die een paar keer per week een maaltijd overslaan omdat ze dat niet meer kunnen betalen, kinderen die met honger op school zitten.”

“Bij het tegengaan van armoede gaat het er ook om de dingen die we al  doen beter zichtbaar te maken. Want er gebeurt heel veel. Inwoners die naar elkaar omkijken, voedselinitiatieven, buurtkastjes. Het is ook mooi om dat zichtbaar te maken en zo als samenleving en als stad om elkaar heen te gaan staan en elkaar te helpen. Want wat we als gemeente en samenleving kunnen doen, moeten we ook doen.”

Messelink ziet ook dat armoede verbreed. Het is niet meer voorbehouden aan de traditionele definitie van de groep met een inkomen tot 120 procent van het bijstandsniveau. “Dat is ook een zorg. Tegelijkertijd maakt ‘t het misschien makkelijker voor mensen om te zeggen “Ik red het even niet”. Traditioneel zit er ook veel schaamte op armoede, maar dat moet je er niet van weerhouden de hulp aan te nemen die er is. Hulp is nodig, of het nou gaat om acute armoede, iemand die al zijn zorgvuldig opgebouwde spaargeld ziet verdampen of het probleem van families die al van generatie op generatie in armoede leven.”

Lelystad-Oost

Een tweede uitdaging: Lelystad-Oost. “Dat is één van de twintig gebieden die van het Rijk geld krijgt in het kader van het Nationale Programma Leefbaarheid en Veiligheid. Ook daar gaan we aan de slag, met alle partijen die er al actief zijn.”

Messelink waakt er voor deze wijken te bestempelen als ‘probleemwijken’. “Het zijn ook echt kansrijke wijken en ook daar gebeurt al veel, maar we hebben er wel sociale en fysieke uitdagingen. Ik bezoek daar veel initiatieven, en zo wordt voor mij ook zichtbaar wat er allemaal al gebeurt. Mila in de Zuiderzeewijk, de kluswinkel met buurtconciërges die in de wijk hele mooie dingen doen. Het is ook goed die dingen expliciet te benoemen, want er wordt in de wijken wel naar elkaar omgekeken. Ik denk dat de sociale coherentie in die wijken groter is dan in de gemiddelde villawijk.”

Recreatie en toerisme

En dan is er ook nog een hele andere uitdaging. “Ik heb in mijn  portefeuille ook toerisme en recreatie. Dat is nieuw voor mij, maar ook daar raak ik onder de indruk van wat we allemaal hebben aan natuur, verblijfsmogelijkheden, watersportmogelijkheden en fiets- en wandelroutes. En dan is er ook de geschiedenis van de Zuiderzee, waar je qua toerisme zeker van kunt profiteren. Ook op die gebieden liggen er enorme kansen voor Lelystad.”

Vertrouwen

Messelink is blij dat er nu, na corona, weer fysiek vergaderd wordt door de gemeenteraad. “Dat maakt het vergaderen toch veel makkelijker en leuker. Je kunt sneller op elkaar reageren, interrumperen, grapjes komen beter aan. De dynamiek is veel beter. Volgens mij gaat het met de samenwerking in de raad harstikke goed. We hebben elkaar ook veel gezien in het hele proces naar het raadsakkoord, dus je leert elkaar goed kennen. Elkaar opzoeken is dan ook heel logisch.

Het raadsakkoord maakt dat wethouders niet meer voor een bepaalde partij in het college zitten, maar wethouder zijn van de gehele gemeenteraad. Voelt dat ook echt zo? “Ja, absoluut. In dat lange proces om te komen tot een raadsakkoord heeft elke partij wel zijn inbreng gehad. Het is een akkoord van alle partijen, ook de drie die het uiteindelijk niet ondertekend hebben, en dus voel ik me ook wethouder van alle partijen. Kijk, het is een nieuw proces, dus het zal moeten blijken hoe dit uitpakt. Maar op dit moment voelt het heel goed.”

Lange termijn

De uitdagingen op het gebied van het sociale domein zijn geen uitdagingen die de wethouder binnen vier jaar, doorgaans de ambstermijn van een wethouder, kan oplossen. “Nee, daar heb je een langere adem voor nodig. Toch hoop ik dat we er op korte termijn stappen in kunnen zetten. We zullen dat als samenleving samen moeten doen, de overheid kan dingen niet alleen oplossen. Maar als mensen aangeven wanneer het echt even niet meer lukt, dat ook durven te doen, en we elkaar samen opvangen, levert dat ook op de lange termijn een betere samenleving op. Kijk bijvoorbeeld naar de Voedselbank: aan de ene kant is het erg dat het nodig is, maar het is ook mooi dat we dit als samenleving doen. En ik ben blij dat het er is. Als we zien dat het aantal mensen dat gebruik maakt van de voedselbank sterk oploopt, is dat een signaal dat we als land iets niet goed doen, maar als we ook de handen ineen slaan om daar dan iets aan te doen, is dat ook mooi. Iedereen moet de verantwoordelijkheid nemen voor de stad waarin hij of zij leeft, werkt en woont.”

Foto's: Paul Klukhuhn

Geplaatst op 16 december 2022.

{jcomments on}