Jongeren komen op jonge leeftijd te weinig in aanraking met techniek. Althans, dat zegt Marije de Jonge van Techkwadraat, een organisatie die voor de rijksoverheid regionale samenwerking bevordert in techniekonderwijs aan kinderen van 4 tot 18 jaar. Volgens haar is het ook cruciaal dat kinderen in het techniek echte mensen uit het werkveld ontmoeten 'die een spark kunnen overbrengen'. En dus had ook Porteum gisteren een bijeenkomst in het kader van Next Gen Tech. Technasiumleerlingen kwamen  in contact met bedrijven om te verkennen welke samenwerkingen mogelijk zijn voor toekomstige onderzoeks- en ontwerpopdrachten.

De leerrichting technasium bestaat 22 jaar en biedt leerlingen van de eerste tot de vijfde of zesde klas het vak onderzoek en ontwerpen. Regionaal samenwerken gebeurt wel al, ook in formele netwerken. Joost Fijneman van de overkoepelende organisatie Stichting Gymnasium lichtte toe dat inmiddels 105 scholen en 19 netwerken deelnemen, met samen 3500 leerlingen. Zij werken jaarlijks aan acht projecten van acht weken, waarin onder meer laser­snijden, 3D-printen en 3D-tekenen aan bod komen.

Interactieve sessies

Tijdens een van de interactieve sessies vertelden twee leerlingen over een project waarin ze een ecologisch en duurzamer plan maakten voor een wijk, waarbij het beter afvoeren van water centraal stond. Ze onderzochten onder andere de hittebestendigheid van stenen en hoe grootte en materiaal invloed hadden op waterafvoer.

Ook Francesca en Kensi, beiden tweedejaars, spraken over hun ervaringen. Zij vertelden dat ze in het technasium 'heel veel verschillende dingen' leren, van presenteren tot onderzoek doen en ontwerpen. Daarbij werken ze met opdrachtgevers, wat hen in aanraking brengt met de praktijk. Hoewel niet alles technisch hoeft te zijn, zoals hun huidige project over jongerenparticipatie, waarderen ze vooral de combinatie van communicatie en onderzoek. Kensi: “Ik vind het onderzoeken meestal leuk. Heel technisch met de machines lukt allemaal nog niet heel goed. Ik vind het onderzoek dan leuker.” Toch blijft de technische kant voor hen aantrekkelijk, bijvoorbeeld werken met 3D-printers, lasersnijders en machines in de werkplaats.

Neurowetenschapper

Maar ook aanwezig was een neurowetenschapper, Ayca Szapora, overigens tevens bedrijfskundige. Haar presentatie maakte indruk, vooral waar het ging over automatische denkprocessen. “Dat je eigenlijk helemaal niet kritisch bent of wat je zelf denkt,” zei Francesca. Ze gaf aan dat het inzicht dat veel gedachten automatisch ontstaan, haar het meest is bijgebleven.

In de lezing legde Szapora uit hoe het brein energie probeert te besparen door te werken met routines, waarom verandering veel inspanning kost en hoe het brein voortdurend patronen voorspelt. Ze liet zien hoe framing invloed heeft op waarneming en hoe meer dan 70 cognitieve vooroordelen ons denken sturen. Ook besprak ze de rol van het onbewuste brein, dat miljoenen bits per seconde verwerkt, tegenover de beperkte capaciteit van bewust denken. Verder werden de drie lagen van het brein besproken en benadrukte ze dat vertrouwen nodig is om creativiteit en innovatie ruimte te geven. Gedragsverandering verloopt volgens haar het best in kleine stappen, of in situaties van passie en urgentie, waarin alle delen van het brein samenwerken.

Na de lezing gingen leerlingen in gesprek met aanwezige bedrijven. Ze hoopten daarbij mogelijke opdrachtgevers te vinden. “Een potentiële opdrachtgever wellicht. Dat zou wel heel mooi zijn,” zei Francesca. Voor beide leerlingen draagt dit volgens hen bij aan ervaring die later kan helpen bij stages of vervolgopdrachten.

Defensie

Behakve bedrijven liepen ook andere organisaties rond om te zien waar de aansluiting met hun werkveld ligt. Majoor Robert Witsen, een ex-beroepsmilitair die zich nu in deeltijd bij Defensie bezighoudt met de samenwerking met het onderwijs, gaf aan te willen kijken waar leerlingen mee bezig zijn, waar ze naartoe uitstromen en waar ze Defensie eventueel in kunnen ondersteunen. Er werd al gesproken hoe drones andere drones zouden kunnen uitschakelen, wat je noemt een actueel onderwerp.

Het evenement sloot af met een netwerkborrel, waar deelnemers verder spraken over mogelijke vervolgstappen. Witsen: “Ik denk dat deze leerlingen mooie cijfers gaan halen voor hun projecten, en dat zij in de toekomst zeker hun steentje bij kunnen dragen aan nieuwe technologische ontwikkelingen. En misschien ooit wel voor Defensie, ik hoor mooie ideeën.”