Van der Feer stopt met autosloperij, 'milieuregels werken averechts'

Autobedrijf Van der Feer stopt per 1 december met de sloperij, de tak waar het familiebedrijf een kleine veertig jaar geleden mee begon. "De markt verandert, en we merken dat nieuwe onderdelen snel en betaalbaar leverbaar zijn. Daarom richten we ons nu volledig op nieuwe onderdelen, banden en voertuigen," aldus eigenaren Sem en Stan van der Feer op Facebook.

Daarbij speelt ook de duurzaamheidswetgeving een rol. De milieuregels maken het werk te duur, waardoor de prijzen van de gedemonteerde onderdelen te hoog worden. "Er zijn steeds meer controles, de olie moet goed worden afgetapt, de afvoer wordt steeds moeilijker, en het is ieder jaar weer een heel ding om het allemaal goed verzekerd te krijgen," zegt Sem van der Feer in een reportage bij Omroep Flevoland.

Van der Feer was jarenlang een begrip bij autobezitters die uit noodzaak of zuinigheid het onderhoud zo goedkoop mogelijk wilden houden. Ook garagehouders met klanten uit deze groep betrokken gebruikte onderdelen bij het bedrijf op Oostervaart. Dat werd in 1986 als sloperij opgericht door de tweeling Luc en Mark van der Feer. Incidenteel werd daarbij een voor sloop aangeboden auto met eigen onderdelen opgeknapt en rijdend verkocht. Inmiddels houdt de onderneming zich in Lelystad, Dronten en Almere behalve met de verkoop van onderdelen (ook nieuwe) bezig met de verkoop van gebruikte auto's en met onderhoud en reparaties. Sem en Stan zijn zonen van Luc.

Schoon en netjes

Dat de milieuregels nu het einde betekenen van de sloperij, tegenwoordig aangeduid als autodemontagebedrijf, is bijzonder omdat de oprichters destijds een reputatie opbouwden als slopers die schoon en netjes werkten. De huidige generatie uit dan ook kritiek. "Ze willen juist dat er goed gerecycled wordt, en hier gebeurt dat," zegt Sem van der Feer in het gesprek met Omroep Flevoland. De regels faciliteren die goede recycling volgens hem niet. "Je moet er zoveel meer voor doen dat het niet haalbaar meer is."

Dit artikel kwam tot stand in samenwerking met Omroep Flevoland.