Hoeveelheid restafval daalt, maar doelstelling blijft ver uit zicht
De hoeveelheid restafval per inwoner is in Lelystad de afgelopen jaren flink gedaald, maar het behalen van de doelstelling is nog lang niet in beeld. Dat blijkt uit een onderzoek naar de effecten van het ‘omgekeerd inzamelen’ dat in 2018 in delen van de stad is ingevoerd.
Omgekeerd
Bij het omgekeerd inzamelen wordt afval dat als grondstof kan worden hergebruikt, apart ingezameld. Inwoners krijgen een container voor GFT (groente-, fruit- en tuinafval), een voor papier en karton en een derde voor PMD (plastic, metaal en drinkverpakkingen) aan huis, om het scheiden van afval zo makkelijk mogelijk te maken. Restafval moet in een zak naar de ondergrondse containers in de wijken worden gebracht.
Het plaatsen van die ondergrondse containers werd in 2021 ernstig vertraagd, toen de leverancier er mee ophield. Dat betekent dat in heel veel wijken de ondergrondse containers pas vanaf dit moment worden geplaatst.
Conclusies
Desondanks vallen er wel conclusies te trekken naar aanleiding van de ervaring met omgekeerd inzamelen tot nu toe. Zo is de hoeveelheid restafval per inwoner gedaald van 261 kilogram/jaar in 2012 tot 192 kg in 2023. Dat is een daling van 26 procent, maar de landelijke doelstelling dat de hoeveelheid restafval terug moet naar 100 kilogram per inwoner per jaar blijft nog ver uit beeld.
Nu is, zo concludeert het onderzoek, alleen het aantal kilogrammen niet heiligmakend. Zo is in Hengelo in Overijssel in 2012 ‘diftar’ ingevoerd, waarbij bewoners betalen per kilogram restafval. Dat heeft geleid tot een spectaculaire daling van 237 kg tot 77 kg restafval per inwoner per jaar, maar het ingezamelde PMD-afval is daar zo vervuild, dat 99 procent daarvan alsnog in de verbrandingsoven eindigt.
Kosten stijgen
De doelstelling in Lelystad bij het omgekeerd inzamelen is tweeërlei: ten eerste moet afval beter gescheiden worden, zodat alles dat hergebruikt kan worden, ook hergebruikt wordt. Daarmee zou dan ook de afvalinzameling goedkoper moeten worden.
Dat laatste is ook niet het geval, mede door allerlei wijzigingen op afvalgebied en de kosten van inzameling. Het onderzoek concludeert wel dat zonder omgekeerd inzamelen de kosten meer zouden zijn gestegen dan nu het geval is.
Aanbevelingen
Het onderzoek komt met vijf aanbevelingen om de scheiding verder te bevorderen. Het invoeren van het diftar-systeem over de hele stad hoort daar niet bij, omdat dat ook hier tot meer afvaldumpingen kan leiden. Wel wordt voorgesteld om te kijken of de keuze voor diftar bij mensen zelf kan worden neergelegd. Dan kunnen inwoners zelf kiezen of ze een vast bedrag voor de afvalinzameling willen betalen, of dat ze een gedifferentieerd bedrag betalen op basis van de hoeveelheid afval die ze weggooien, waarbij goed scheiden wordt beloond.
Verder wordt aanbevolen afvalpreventie een belangrijk onderdeel te laten zijn van het nieuwe afvalstoffenbeleid, in te zetten op communicatie en educatie over afvalscheiding, erop te blijven toezien dat de af te keuren afvalstromen zoals vervuild PMD- of GFT-afval zo laag mogelijk blijven en de mogelijkheden te onderzoeken hoe de kwaliteit van ingezameld textiel verbeterd kan worden. In het eerste kwartaal van het komende jaar gaat de gemeenteraad praten over een nieuw afvalstoffenbeleid.