Wethouder is blij met districentra, en ook met arbeidsmigranten
Distributiecentra zijn wel degelijk van waarde voor Lelystad, en de komst van arbeidsmigranten daarvoor doet daar niets aan af. Dat zei wethouder Dennis Grimbergen gisteravond (maandag 29 april) in het programma 'Van Rhijn praat bij met...' op Radio Lelystad.
Eerder deze maand verdedigde hij de komst en ontwikkeling van zulke bedrijven, een speerpunt in het gemeentelijke beleid, ook al in Nieuwsuur. Aanleiding is kritiek op het toelaten van deze bedrijfstak. De gebouwen zouden het landschap verpesten en alleen een soort veredelde slavenarbeid opleveren, waarvoor dan ook nog eens ongewenst veel arbeidsmigranten nodig zijn.
Maar Grimbergen betoogt dat de Lelystadse praktijk toont dat zulke gebouwen niet lelijk hoeven te zijn, dat ze uiteenlopende banen opleveren en dat na eerdere overlast werkgevers eigen huisvesting voorbereiden, waar lokale spoedzoekers ook van profiteren. Bovendien zijn die arbeidsmigranten deels blijvers, die op den duur als nieuwe, werkende Lelystedelingen helpen de samenleving draaiende te houden, die hier gezinnen stichten, consumeren en dus de lokale economie stimuleren en zelf een huis kopen. “Het zijn nieuwe burgers van onze stad.”
Lelystad heeft inderdaad een verleden met overlast in woonwijken door huizen die werden volgepropt met arbeidsmigranten, maar daar wordt inmiddels tegen opgetreden, aldus de wethouder. De huisvesting waar bedrijven nu zelf aan werken, in snel te bouwen campussen, levert een uitbreiding van de woongelegenheid op met duizenden eenheden buiten de reguliere woningbouw om.
Woningmarkt
Dat betekent dat de te werven arbeidsmigranten ook geen concurrent op de woningmarkt worden voor bestaande woningzoekenden. Bovendien komt mogelijk een deel beschikbaar voor plaatselijke spoedzoekers, mensen zonder hoge plek op de wachtlijst die opeens dringend woonruimte nodig hebben, bijvoorbeeld na een scheiding.
Voor wat betreft het niveau van het werk wijst Grimbergen op de snelle automatisering in de logistiek. Die betekent dat het accent verschuift van sjouwen naar techniek. Met BOL en het mbo wordt inmiddels gekeken naar goede opleidingen daarvoor, zowel voor arbeidsmigranten als lokale kandidaten.
Nodig
En hij wijst erop dat dergelijke centra ook gewoon nodig zijn. “We verwachten wel dat de supermarkt vol ligt, dat onze broek er is in de juiste maat. Mensen worden al boos als Bol een dag te laat komt.”
Het gesprek is nog terug te luisteren via Podcast.
Geplaatst op 30 april 2024.