De gemeente wil de komende drie jaar een bijdrage van 240.000 euro per jaar beschikbaar stellen voor onderhoud aan de Batavia. Het schip moet volgend jaar aan land worden gebracht, omdat het in het water ligt weg te rotten. Het geld dient te worden besteed aan regulier onderhoud.

Leermeesters op de tocht

Vorig jaar dreigden de ‘leermeesters’ op de Bataviawerf wegbezuinigd te worden door de gemeenteraad. Het was één van de pijnlijke keuzes die de politiek moest maken in de miljoenenbezuiniging waar men voor stond. De gemeenteraad wist nog wel budget te vinden voor dit jaar.

De leermeesters leiden mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt op tot houtbewerkers, maar de doorstroom vanuit dat project is niet erg groot. Vandaar dat het ten einde zou moeten komen, maar het college kreeg wel de opdracht te kijken of het misschien op een andere manier en in een andere vorm toch kon worden voortgezet. De Bataviawerf kwam ook tegen de bezuiniging in het geweer. De leermeesters doen veel meer dan alleen mensen opleiden, ze zijn ook nodig bij het broodnodige onderhoud aan de Batavia, was het betoog.

Bijdrage voor onderhoud

Daarom stelt wethouder Sjaak Kruis de gemeenteraad nu voor om de komende drie jaar nog incidenteel 240.000 euro per jaar beschikbaar te stellen. Daar zitten twee voorwaardes aan: het geld moet besteed worden aan het onderhoud van de Batavia en Batavialand moet minstens hetzelfde bedrag uit eigen middelen bijdragen.

De gemeente wil hiermee het historische belang benadrukken dat de Batavia voor Lelystad vervult. Batavialand kan zelf uitmaken hoe het het geld inzet, zolang het maar ten goede komt aan het onderhoud van het schip. Dat moet volgend jaar aan land worden gebracht en wordt daarna onderdeel van het nieuwe Batavialand, waarvoor de financiering rond is en de plannen worden gemaakt. In dat nieuwe Batavialand kan het onderhoud van de Batavia deel uitmaken van de normale exploitatie.