Herman K., de man die in 2006 in de Waterwijk zijn liefdesrivaal Stevan van Loon vermoordde, probeert via de rechter opnieuw uitzicht te krijgen op een einde aan zijn gedwongen verblijf in een psychiatrische kliniek, maar zijn behandelaars en justitie zien daar niets in.

K. werd destijds veroordeeld tot dwangopname nadat hij Van Loon in een gevecht in een parkje bij de Voorstraat had gedood door zijn keel dicht te knijpen; opzet, was het oordeel, moord met voorbedachten rade. Er werden meerdere persoonlijkheidsstoornissen vastgesteld en hij kreeg negen jaar plus tbs. Die gevangenisstraf heeft hij allang uitgezeten en volgens hem is het voor wat betreft de psychiatrische behandeling tijd voor een volgende fase.

"Tot enkele jaren geleden werd K. gezien als een hopeloze longstaypatiënt, maar hij is gegroeid naar iemand van wie begrepen wordt dat hij zich soms moeilijk uit," zei zijn raadsman maandag in de rechtbank. "Er zit een behulpzaam, vriendelijk en openstaand mens achter, die begeleiding nodig heeft, maar niet de rest van zijn leven de intensieve zorg van een tbs-kliniek."

Justitie komt na aanhoren van zijn behandelaars echter met een heel ander verhaal. K., nu 52, maakt vorderingen, maar ligt met hen overhoop over hun werkwijze, wat zich toespitst op de begeleiding bij verlof. Hij doet rapporten over hem af als knip- en plakwerk en oude troep. Voor het Openbaar Ministerie is dat reden de tbs met in elk geval twee jaar te verlengen.

Uitspraak over twee weken.

Dit artikel kwam tot stand in samenwerking met Omroep Flevoland.