Skip to main content

Kaalslag leidt tot emotie, óók bij de opzichter

27 maart 2018
Theo van Rhijn

 

Het kappen van zieke bomen in en rond Lelystad hakt er ook figuurlijk stevig in. Ook bij de uitvoerders: "Ik heb in de Gelderse Hout en het Woldbos zelf ooit meegeholpen de bomen te planten."


Groendeskundige Frits Pothoven van de gemeente Lelystad maakt een drukke en niet makkelijke tijd door. Hij begeleidt de gigantische kap van zieke essen, die het beeld van de stad dramatisch aantast. Op sommige plekken waren bewoners gewend aan een bosperceel voor de deur en kijken ze nu over een open terrein naar de wijk verderop.

De bomen zijn getroffen door essentaksterfte, een besmettelijke aandoening die tot afbreken van takken en zelfs omgaan van hele bomen kan leiden. Dat levert gevaar op voor mensen en dus moeten ze weg. "Negentig procent van de essen in het Woldbos en de plantsoenen aan en rondom de Zoom wordt het komende jaar verwijderd en er zullen ook wel bomen van andere soorten sneuvelen als de mensen van de bedrijven die kappen, ergens niet bij kunnen," zegt Pothoven.

Het is het de bedoeling dat er voor de gekapte essen andere soorten terugkomen. Pothoven: "Daarbij valt te denken aan onder andere eik, beuk, linde, sparsoorten, en ook haagbeuk. In Wageningen wordt aan een es gewerkt die resistent is."

Het doet Pothoven wel iets, de rigoureuze kap. "Natuurlijk komt er ook emotie bij dat dit gebeurt. Ik heb in de Gelderse Hout en het Woldbos zelf ooit meegeholpen de bomen te planten en dan doet het je wat als je ziet dat de essen het hier niet redden."

Maar het moet, benadrukt hij. Vallend hout van aangetaste essen kan makkelijk twintig meter verderop terechtkomen en een enkele keer nog wel meer. "Niemand wil bij harde wind of storm een tak of een boom op zijn hoofd krijgen."

{jcomments on}