Grootste deel konikpaarden Oostvaardersveld alsnog naar de slacht
Van de 52 konikpaarden die in september van het Oostvaardersveld werden overgebracht naar het Lauwersmeergebied omdat hun terrein bij Lelystad te veel grote klis bevatte, een stekelige plant waarvan bollen zich aan de vacht hechten en de ogen kunnen beschadigen, gaan 28 naar de slacht. Ze kunnen niet langer blijven, omdat in de winter de grond in het natuurgebied aan de waddenkust te drassig wordt. Staatsbosbeheer had tot 1 december om een andere oplossing te vinden, in binnen- of buitenland, maar dat is niet gelukt. De resterende 24, waaronder twee veulens, kunnen blijven. Voor zo'n kleinere groep is in het gebied wel ruimte te vinden.
Eerder al werden 18 dieren gedood. Dierenwelzijnsorganisaties hebben grote moeite met de aanpak.
Een boswachter, Jaap Kloosterhuis, legt bij RTV Noord verantwoording af. De Flevoolandse paarden kunnen niet allemaal in het Lauwersmeergebied blijven, want het wordt te nat, zegt hij. "Dan staan ze straks in een hoger gelegen gebied op een kluitje in de modder."
Kloosterhuis relativeert de zaak ook: "Een deel van het publiek in het Oostvaardersveld is nauw betrokken geweest bij de paarden, en heeft ook een soort persoonlijke band opgebouwd. Maar wij zien de dieren als een groep, als er een veulen bijkomt gaat een ouder dier naar de slacht." En: "Leuk is het niet, maar het is natuurlijk wel zo dat er elke dag grote aantallen dieren naar de slager worden gebracht. Dat geldt nu ook voor deze paarden hier."